Il Passato dei Verbi Deboli
Il passato dei verbi deboli si compone usando lo stem del verbo
+ te(n)/de(n). Verbi il cui stem termina per p, t, k, s, f, ch
aggiungono te(n), mentre gli altri aggiungono de(n).
hopen (sperare) | betalen (pagare) |
ik hoopte | ik betaalde |
jij hoopte | jij betaalde |
u hoopte | u betaalde |
hij/zij/het hoopte | hij/zij/het betaalde |
wij hoopten | wij betaalden |
jullie hoopten | jullie betaalden |
u hoopte | u betaalde |
zij hoopten | zij betaalden |
I verbi il cui stem termina in t, aggiungono te(n), come
per regola gia' vista, mentre i verbi il cui stem termina in d,
aggiungono de(n).
infinito | stem | passato |
praten (parlare) | praat | praatte/pratten |
redden (salvare) | red | redde/redden |
I verbi il cui infinito contiene v o z, ma che vengono
convertiti in f o s, mantengono f ed s nel
passato, ma si pronunciano come v e z.
infinito | stem | passato |
leven (vivere) | leef | leefde/leefden |
verhuizen (traslocare) | verhuis | verhuisde/verhuisden |
I verbi "separabili", continuano ad essere separati (ma si uniscono
nelle frasi subordinate, vedi
lezione precedente).
Hij belde gisteren op (ha telefonato ieri)
Ze zei dat hij gisteren opbelde (lei dice che lui ha telefonato ieri)
Il Passato dei Verbi Forti
Il passato di un verbo forte coinvolge un cambio di vocale nello stem al
singolare e l'agginta di en al plurale:
infinito | passato |
zingen (cantare) | zong/zongen |
schrijven (scrivere) | schreef/schreven |
dragen (trascinare) | droeg/droegen |
hangen (appendere) | hing/hingen |
slapen (dormire) | sliep/sliepen |
lezen (leggere) | las/lazen |
Ovviamente, il cambio di vocale non si puo' sapere in anticipo, quindi
l'unica e' impararseli tutti...
Verbi irregolari
I verbi irregolari sono (per l'appunto) irregolari, come tali non
si possono catalogare e l'unica e' impararseli.
Passato di hebben e zijn
Hebben e Zijn come gia' detto sono irregolari.
hebben | zijn |
ik had | ik was |
jij had | jij was |
u had | u was |
hij/zij/het had | hij/zij/het was |
wij hadden | wij waren |
jullie hadden | jullie waren |
u had | u was |
zij hadden | zij waren |
Uso del passato
Il passato si usa poco di frequente in Olandese, si usa in genere quando
si vuole rendere una sequenza di eventi, per esempio:
ik ging de stad in, kocht een cd, ging op een terrasje zitten, en
daarna liep ik naar huis
Sono andato in citta', ho comperato un cd, sono andato a sedermi in
un bar all'aperto e poi sono tornato a casa a piedi.
Il passato e' sempre usato dopo toen (vedi
lezione precedente).
Hebben e zijn sono usati piu' di frequente nella forma passata che in
quella del passato perfetto, benche' entrambe possano essere usate.
ik was in de stad o ik ben in de stad geweest, entrambe si
traducono come 'sono stato in citta'
Il passato in ogni caso va' usato se hebben o zijn indicano una condizione
permanente:
hij is voor zijn examen geslaagd, maar hij was ook altijd
knapper dan ik (lui ha passato i suoi esami, ma e' sempre stato piu'
intelligente di me)
|
|
Esercizi
Scrivere il passato dei seguenti verbi:
hopen, groeien, bouwen, maken, leven, praten, verhuizen, zetten,
blaffen, branden, schrijven, gaan, brengen, lezen, lopen, vragen,
staan, nemen, kopen, hangen.
Tradurre le seguenti frasi
- Wij betaalden en gingen weg
- Gisteren was het mooi weer
- Ze zaten de hele avond te praten
- Jullie hadden drie katjes, dacht ik
- Het waren onze buren toen we in Utrecht woonden
- Hij had een grote tuin voordat hij verhuisde
- Was u tevreden toen u daar werkte?
- We gingen mee, stapten in de auto, en reden toen weg
- Ze praatte heel vriendelijk tegen me toen ze opbelde
- De jongen redde de hond en nam hem mee naar huis
Tradurre le seguenti frasi
- E' stata una bella festa, vero?
- La tua auto era veramente vecchia.
- Io bussai, aprii la porta ed entrai.
- Siamo stati in citta' ieri
- Non avevi una bicicletta nuova?
- Quando ci vide, si mise a ridere.
- Loro costruirono una casa e ci andarono a vivere.
- Io portai la borsa, la posai a terra e mi ci sedetti sopra.
- A quel tempo lei parlava solo inglese.
- Quando gli offrii il lavoro lui lo accetto'
soluzioni
|
Woordenschat
Vocabolario
aanbieden | offrire |
aannemen | accettare |
de betrekking | il posto, il lavoro |
breed | largo,ampio |
de cd | il CD |
de chef | il capo |
de ervaring | l'esperienza |
de firma | la compagnia, la ditta |
gaan zitten | si sieda |
de groothandel | ingrosso |
de handelsreiziger | commesso viaggiatore |
he' | eh... |
huidig | presente |
de kantoorbediende | commesso |
knap | intelligente,bella presenza |
de kruidenier | commerciante di alimentari |
het luxeartikel | articoli di lusso |
de manager | il dirigente |
neerzetten | mettere giu' |
opgeven | lasciar perdere |
het personeel | personale |
solliciteren | proporsi per una posizione |
toen | quindi,al tempo |
veranderen van | cambiare |
de verkoopleider | capo vendite |
in verwachting | in cinta |
wegrijden | andare via in auto |
de werkzaamheid | occupazione |
de winkelbediende | assistente in negozio |
zwanger | in cinta |
|
Conversazione
Sollicitatiegesprek
Colloquio di lavoro
sollic.mp3
M.Timmers | Komt u binnen, meneer Smit. Gaat u zitten. U heeft dus naar de betrekking van verkoopleider gesolliciteerd. |
M.Smit | Ja, dat klopt. |
M.T. | Ik lees uit uw brief da u niet veel ervaring op dit bebied hebt. |
M.S. | Niet als manager, nee. Maar ik heb wel een brede ervaring in allerlei banen. |
M.T. | Vertelt u ons eens wat uw vroegere werkzaamheden. |
M.S. | Toen ik van school ging, werkte ik als winkelbediende bij een kruidenier. Daarna had ik een baan als kantoorbediende bij een firma in de groothandel, en de laatste jaren heb ik als handelsreiziger in luzeartikelen gewerkt. Dat doe ik nog steeds. |
M.T. | Waarom wilt u van baan veranderen? |
M.S. | Omdat ik nu getrouwd ben. Mijn vrouw vond het niet erg in het begin, maar ze is nu in verwachting. |
M.T. | Ja, ja. Dat ka in heel goed begrijpen. Mijn vrouw was ook zwanger toen ik ook zo'n baan opgaf. Uw huidige chef heeft een erg aardige brief over u geschreven. |
M.S. | O ja? We kunnen heel goed met elkaar opschieten. |
M.T. | Dat is natuurlijk belangrijk voor een manager. U zult inderdaad veel met uw personeel gemeen hebben. Dat is een groot voordeel. Ik bied u de baan aan. |
M.S. | En ik neem het met plezier aan. |
Frasi idiomatiche
veel gemeen hebben met iemand avere molte cose in comune
goed met iemand opschieten andare d'accordo con qualcuno
Previous indice Next
|
|